Vrij naar een uitspraak in Entr’Acte (1992) citeert choreograaf Neel Verdoorn: ‘Als je jezelf hebt, heb je een stem, en als je een stem hebt, heb je het begin van alles.’ De stem heeft in From Tokyo to France een centrale betekenis, is haar inspiratiebron als geluid, als energie, als communicatie, als kracht.
Emoties liggen woordeloos in de stem en dragen het hart naar buiten. Verdoorn: ‘De jazzmuziek en de jazzdans zijn uit het hart ontstaan, als een schreeuw, als de stem van de verteller. Die authenticiteit is de basis van de choreografie. Stem is, anders dan taal, universeel. De stem kan zóveel reizen ondernemen… een exact einddoel hoeft er niet te zijn.’
In From Tokyo to France bouwt Verdoorn consequent een spanning op tussen zowel de drie mannen als de drie vrouwen. Beide groeperingen zijn meestal gescheiden bezig, doch soms komen ze samen en tonen dan een lotsverbondenheid. Verdoorns compositie is compact en doordacht. Ook als de dansers niet direct bij de actie betrokken zijn, behoudt hun aanwezigheid een voelbare noodzaak. Het geluidloze praten van de meisjes en de uitgestoten schreeuw van een van de mannen zijn geen loze effecten. Het zijn relevante aanduidingen ten aanzien van hiërarchie, mach en onmacht, groepsgevoel en individualisme. Een boeiend, weer voortreffelijk gedanst werk, ondersteund door een uitstekende muzikale compositie van Albert Veenendaal.
– NRC Handelsblad
Première 10 oktober 1992
Choreografie Neel Verdoorn
Muziek Albert Veenendaal